donderdag 4 december 2008

Alle vocale werken van Sweelinck op cd



In het Reformatorisch Dagblad van 1 december stond een artikel over het nieuwe project van alle vocalewerken van Sweelinck

Monument voor ”meester Jan”

Jaco van der Knijff


Hij is de beroemdste componist die Nederland voortbracht. Toch is er voor Jan Pieterszoon Sweelinck nooit echt een monument opgericht. Daarin komt nu verandering. Het eerste deel van de uitgave van de complete vocale werken van ”meester Jan” is onlangs gepresenteerd.
Jan Pieterszoon Sweelinck (1562-1621) geniet tegenwoordig vooral bekendheid vanwege zijn muziek voor klavecimbel en orgel. Zo werd bijna zeven jaar geleden de eerste volledige opname van zijn klavierwerken op negen cd’s uitgegeven.
Sweelincks oeuvre van vocale muziek, dat veel omvangrijker is, bleef echter tamelijk onbekend. Fascinerend: dat was aan het begin van de 17e eeuw precies andersom. De klaviermuziek vond nagenoeg alleen aftrek in een kring van collega’s en leerlingen en is ook alleen in overschrijvingen overgeleverd, terwijl de vocale muziek van de Amsterdamse musicus gewoon in de winkel te koop was, in geautoriseerde boeken.
Na Sweelincks dood in 1621 is alles gewoon verdwenen, zegt Harry van der Kamp, motor achter het Sweelinckproject. „Niemand weet wat er nadien met de muziek is gebeurd. Wij zijn daar niet goed mee omgegaan. Onvoorstelbaar!” Alleen in het buitenland zijn nog wat sporen van Sweelincks vocale oeuvre te traceren.Hij is de beroemdste componist die Nederland voortbracht. Toch is er voor Jan Pieterszoon Sweelinck nooit echt een monument opgericht. Daarin komt nu verandering. Het eerste deel van de uitgave van de complete vocale werken van ”meester Jan” is onlangs gepresenteerd.
Jan Pieterszoon Sweelinck (1562-1621) geniet tegenwoordig vooral bekendheid vanwege zijn muziek voor klavecimbel en orgel. Zo werd bijna zeven jaar geleden de eerste volledige opname van zijn klavierwerken op negen cd’s uitgegeven.
Sweelincks oeuvre van vocale muziek, dat veel omvangrijker is, bleef echter tamelijk onbekend. Fascinerend: dat was aan het begin van de 17e eeuw precies andersom. De klaviermuziek vond nagenoeg alleen aftrek in een kring van collega’s en leerlingen en is ook alleen in overschrijvingen overgeleverd, terwijl de vocale muziek van de Amsterdamse musicus gewoon in de winkel te koop was, in geautoriseerde boeken.
Na Sweelincks dood in 1621 is alles gewoon verdwenen, zegt Harry van der Kamp, motor achter het Sweelinckproject. „Niemand weet wat er nadien met de muziek is gebeurd. Wij zijn daar niet goed mee omgegaan. Onvoorstelbaar!” Alleen in het buitenland zijn nog wat sporen van Sweelincks vocale oeuvre te traceren.

Hier en daar is in Nederland de achterliggende jaren wel een begin gemaakt met het opnieuw onder de aandacht brengen van Sweelincks vocale muziek. Dirigent Jan Boeke deed dat bijvoorbeeld in de jaren zeventig met het kamerkoor Cappella Amsterdam. En het Nederlands Kamerkoor beijverde zich er in de jaren tachtig voor Sweelincks muziek op de kaart te zetten. Detail: bij beide koren was Harry van der Kamp als zanger (bas) betrokken.
Het was volgens Van der Kamp de hoogste tijd om Sweelinck eens echt goed neer te zetten. Met zijn Gesualdo Consort Amsterdam -zeven zangers: twee vrouwen, vijf mannen- begon hij aan een titanenklus: zestien cd’s vol zingen met de kleurrijke, polyfone muziek van de Amsterdamse Orpheus.
Het eerste deel mag er zijn. In een prachtig uitgevoerd boekje biedt Van der Kamp niet alleen drie cd’s met Sweelincks wereldlijke werken, maar krijgt de koper ook alle teksten van de Franse chansons en rimes en de Italiaanse rimes en madrigalen, plus vertaling. Daarnaast bevat de uitgave achtergrondartikelen van de hand van onder anderen Van der Kamp en Sweelinckspecialist Pieter Dirksen.
Inmiddels is het Gesualdo Consort een heel eind op weg met deel II in de serie: Sweelincks magnum opus, de 153 psalmmotetten, op elf cd’s. Het resultaat moet eind volgend jaar op de markt komen. Dan rest nog deel III, waarin op twee cd’s de zogenaamde ”Cantiones sacrae” van Sweelinck -37 Latijnse motetten- een plek krijgen. Het Sweelinck Monument moet najaar 2010 zijn opgeleverd.

Fit genoeg
Aan deze tafel repeteren we altijd, wijst Harry van der Kamp (1947) in zijn muziekkamer thuis in Almere-Haven. „Voor de opnames gaan we naar het kerkje van Renswoude. In drie dagen tijd nemen we dan zo’n zestig minuten op. Tijdens de laatste sessie waren dat negentien psalmen.”
Hoe houdt hij de zangers fris? „We nemen pas op als we er fit genoeg voor zijn. Je moet zoiets nooit doordrukken, dat hoor je direct. Maar alle zangers zijn zeer gemotiveerd. Iedereen ziet het belang van dit project in. En steeds weer worden we geraakt door de schoonheid van Sweelincks muziek.”
Volgens Van der Kamp, die als bassolist internationale bekendheid geniet, is het zingen van Sweelinck in kleine bezetting heel lastig. „Je zingt voortdurend a capella, en dat is heel zwaar. Het is ook iets wat op conservatoria nauwelijks aandacht krijgt. Als zanger moet je enerzijds solist zijn, maar anderzijds moet je je onderwerpen aan de groep. Dat kunnen maar weinigen.”
Het Gesualdo Consort Amsterdam staat bekend vanwege zijn specialisatie in 16e- en 17e-eeuwse madrigalen (meerstemmige wereldlijke liederen) van Italiaanse componisten als Carlo Gesualdo, Monteverdi en Scarlatti. Sweelinck staat met zijn composities helemaal in die lijn, aldus Van der Kamp. „Er is maar een klein aantal echte madrigalen van hem overgeleverd, maar zijn psalmcomposities zijn in feite spirituele madrigalen.”
In vergelijking met componisten als Claude Goudimel en Louis Bourgeois, die in de 16e eeuw ook meerstemmige motetten bij de psalmen maakten, zijn Sweelincks composities veel figuratiever, zegt Van der Kamp. „We staan hier aan deze tafel soms versteld van de staaltjes componeerkunst die Sweelinck ten beste geeft. De stemmen krioelen door elkaar en buitelen over elkaar heen. Vier-, vijf-, zes-, zeven- of achtstemmig. Buitengewoon creatief!”
Sweelinck stond hiermee in zijn eigen tijd op redelijk eenzame hoogte, stelt de zanger. Hij komt wat hem betreft in de buurt van Orlando di Lasso (1532-1594), die gezien wordt als de grootste motetcomponist van die tijd. Aarzelend: „Ja, ik zie Sweelinck wel op dezelfde hoogte staan als Lassus.”
Wat zijn kracht is? „Je wordt steeds weer verrast door het volmaakte van zijn muziek. Het is zo fantastisch geharmoniseerd. Hij hanteert een vrij strak systeem, maar daarbinnen geeft hij een maximum aan expressiviteit. De verschillende stemmen reageren voortdurend op elkaar met imiterende thema’s. Om naar deze muziek te leren luisteren, moet je eigenlijk één stem kiezen en die helemaal volgen. Fantastisch!”

Stroomversnelling
Van der Kamp is van huis uit wel vertrouwd met de psalmen, maar helemaal niet met Sweelinck. In Kampen kwam hij ter wereld, ging hij naar de hervormde gemeente en bezocht hij de school. Van der Kamp kreeg pianoles en zong wel eens als jongenssopraan.
Tijdens zijn studie psychologie en rechten aan de VU raakte de muziekbeoefening echter in een stroomversnelling. In het VU-koor maakte hij kennis met allerhande vocale muziek. Vervolgens was het Bernard Winsemius die hem en anderen overhaalde te gaan zingen in het Cappella Amsterdam van Jan Boeke, dat net was opgericht.
En daar stond Sweelinck op het programma. „Boeke liet me op een dusdanige indrukwekkende manier met deze muziek kennismaken, dat deze vocale werken mijn zangersleven nooit meer hebben verlaten”, aldus Van der Kamp. Hij heeft het Sweelinckmonument dan ook opgedragen aan Jan Boeke (1921-1993). Diens weduwe kreeg op 9 november het eerste exemplaar van deel I overhandigd.


Zuoz
Niet alleen is Van der Kamp gefascineerd door de muziek van Sweelinck, ook vindt hij het heerlijk om te speuren naar de achtergronden ervan. Zo ontdekte hij zeer onlangs welke editie van de Franse psalmen Sweelinck gebruikte. „Men ging er altijd van uit dat hij gewoon het Geneefse Psalter uit 1562 hanteerde. Maar toen ik de teksten ging vergelijken, bleken er nogal wat verschillen te zijn.”
In de nalatenschap van de eerder dit jaar overleden Gert-Jan Buitink uit Brasschaat (België), een verwoed verzamelaar van psalmbundels, vond Van der Kamp een editie van het Franse Psalter die in 1587 in Genève is uitgegeven. „En dat zijn precies de teksten die Sweelinck bij zijn muziek zette. Die bundel moet in die tijd onder Franssprekenden in Amsterdam in gebruik geweest zijn.”
Zijn zoektocht leidde hem afgelopen zomer ook naar het Zwitserse vakantiedorpje Zuoz. „Terwijl in Nederland niet een van Sweelincks composities is teruggevonden, liggen in Zuoz de complete vier psalmboeken die Sweelinck tussen 1604 en 1621 uitgaf. Toen ik erom vroeg bij het gemeentehuis, kwam een van de mensen er zo mee aanlopen, onder z’n arm. Zonder handschoentjes of iets kon ik ze vrij inkijken en doorbladeren. Onbegrijpelijk!”
Hoe Sweelinck in Zuoz terechtkomt? „In die tijd maakte het Nederlandse leger nogal eens gebruik van buitenlandse soldaten. Ook in Zuoz werden mannen gerekruteerd om te vechten voor Oranje. Een van die soldaten moet op de terugreis Sweelincks psalmboeken hebben meegenomen. Bekend is dat tot in de 19e eeuw in Zuoz Sweelincks meerstemmige psalmen gezongen zijn.”

Mede n.a.v. ”Het Sweelinck Monument - Complete Vocale Werken deel I - De Wereldlijke Werken”, door Harry van der Kamp (eindred.); uitg. Glossa, San Lorenzo de El Escorial, 2008; ISBN 978-84-612-7000-2; 103 blz. + 3 cd’s; € 45,-; bestellen: jpsweelinck.nl.

Geen opmerkingen: